Het Laantje zonder Eind, dat schijnbaar eindeloos doorliep tot aan de grens van Soesterberg, werd vroeger ook wel Torenlaan of Toornlaan genoemd, omdat men vandaar uit de toren van Amersfoort (de ‘Lange Jan’) kon zien. Het werd ook aangeduid als Verbeek’s spoor. Het gedeelte van het Laantje zonder Eind tussen de Jagersingel en de Oude Woudenbergse Zandweg heette blijkens de wegenlegger van 12 januari 1906 Komlaantje.’
Deze tekst is overgenomen uit het Geheugen van Zeist